■ Toetsen
1. Signaalsterkte van het cellulaire netwerk op uw
huidige positie.
2. Batterijcapaciteit.
3. Naam van het cellulaire netwerk of
operatorlogo.
4. Functie van de linkerselectietoets.
5. Functie van de rechterselectietoets.
Met de rechterselectietoets activeert u
Contacten
, de functie die u hebt geselecteerd
bij
Rechter selectietoets
in het menu
Favorieten
of de naam of het logo van de netwerkoperator.
6. Selectietoetsen
en
. Deze toetsen
voeren de functie uit die boven de toets wordt
weergegeven.
7. Bladertoetsen in 4 richtingen (
,
,
en
)
19
Copyright
© 2005 Nokia. All rights reserved.
Hiermee kunt u door namen, telefoonnummers, menu's of instellingen
bladeren. Tijdens een gesprek kunt u op
of
drukken om het volume
van de hoofdtelefoon te verhogen of te verlagen. Druk vanuit de standby-
modus op
•
of
om de namen en telefoonnummers weer te geven die zijn
opgeslagen in Contacten.
•
om een bericht in te toetsen.
•
om de agenda te openen.
Denk eraan eerst de tijd en datum in te stellen.
8. Met
kunt u een telefoonnummer kiezen en oproepen beantwoorden.
Vanuit de standby-modus kunt u met deze toets de lijst met laatstgekozen
nummers weergeven.
9. Met
kunt u het actieve gesprek beëindigen of een oproep weigeren en de
telefoon in- en uitschakelen. Hiermee sluit u elke functie af.
U kunt ook elke functie afsluiten door de klep te sluiten.
10.
-
kunt u cijfers en letters invoeren.
en
worden voor verschillende bewerkingen in verschillende functies
gebruikt.
20
Copyright
© 2005 Nokia. All rights reserved.